Onlangs kregen we twee Happen en Trappen arrangementen cadeau. Voor wie niet weet wat dat is, leg het even uit. Dat is een fietstocht tussen de 40 en 60 kilometer, die bij een horecagelegenheid start met een kop koffie en een stuk gebak. Van daaruit word je met behulp van een gps, knooppunten of een beschrijving langs een voorafje, een soepje, een hoofdgerecht en een toetje geleid, om uiteindelijk weer bij die eerste horecagelegenheid te eindigen.
Een dagvullend programma. Je zou zeggen: ideaal voor een fietser en een fijnproever als ik. Niet dus! Ik zal u vertellen waarom.
Uitstekende koffie
Gisteren hebben we de tocht bij heerlijk terrasweer gefietst. Het begon om 10:30 ergens bij een hotel in Twente met een koffie en appelgebak. Het was een groot hotel, waardoor wij lekker de ruimte hadden. Bovendien was de koffie uitstekend.
Een heerlijk voorafje gehuld in sigarettenrook
Een goed begin dus, dat qua eten een voortreffelijk vervolg kreeg bij een restaurant 14 kilometer verderop in het Twentse land, waar we om 12:30 arriveerden. Maar al snel kwam ik erachter waarom ik ook alweer zelden op een terras zit. Het was er mudvol! Bovendien posteerde zich een stel pontificaal tegenover ons. Ze zeiden geen boe of bah. Het enige dat eruit kwam was de stinkende rook van de opgestoken sigaretten…
Niet veel soeps
Vervolgens ging de tocht door meer gezonde buitenlucht naar het soepje weer 15 kilometer verderop. Hier troffen we een redelijk ruim terras, maar die soep… Een stukgekookt kip/kerrie blikkensoepje. Veel te zout en geen kip te bekennen. Niet veel soeps dus.
Omdat het pas 13:00 was en het hoofdgerecht, slechts 10 kilometer verderop, pas op zijn vroegst om 15:00 werd geserveerd, rekten we dus de tijd met terraszitten. En laten niks doen en zitten nou net twee dingen zijn waar ik niet goed tegen kan. Maar goed, het was voor het goede doel: het hoofdgerecht binnenslepen.
26 Frietjes
Uiteindelijk vertrokken we om 14:00 op ons dooie akkertje om, na een bankmomentje, om 15:15 bij dat hoofdgerecht aan te komen. “Een momentje geduld graag, want de kok is bezig de keuken op te starten.” Een vliegende opstart werd het niet, want om kwart voor vier kwam het hoofdgerecht: Een stuk vis met een sausje, 26 frietjes met mayonaise en een blad sla…
En dat allemaal weer op een overvol terras, waar de tafeltjes zo dicht bij elkaar stonden dat de gesprekken van de meest dominante terrasgangers letterlijk waren te volgen.
Ik mis een terrasgen
Om 16:15 vertrokken we naar het afsluitende toetje, een kilometer of 20 verderop, vlak bij ons beginpunt. Daar kwamen we erachter dat er ook nog zoiets blijkt te bestaan als de overtreffende trap van tjokvol! Pal links van ons, rechts, van voren, van achteren, nog net niet van onderen en van boven zaten ze, de mede terrasgangers. En wonderlijk genoeg leek iedereen het reuze naar zijn zin te hebben. Blijkbaar mis ik een essentieel terrasgen.
Ontboezemingen
Ondertussen werd ik steeds moeier en ongelukkiger van al dit gerumoer en gekrioel om mij heen. Een gekrioel waarin de een achter mij tetterde dat ze de halve hoeveelheid plasmedicatie had ingenomen, “omdat ze anders naar het toilet blééf lopen”. En weer een ander vertelde in kleuren en geuren de hele sterfbedscéne van zijn neef.
Toch was er op dat terras nog een lichtpuntje: de meer dan voortreffelijk sorbet met chocolade-ijs, “völle nutt’n” (veel noten) en “echte slagroom”.
Echte Rustpunten
Nee dit soort festiviteiten zijn aan ons niet echt besteed. We houden het maar bij ons lekkere Aldi-boterhammetje met kaas en een glaasje water op een bankje en zo af en toe een kopje koffie bij een Rustpunt. Daar is rust over het algemeen ook echt rust, zijn de prijzen schappelijk en heb je de tijden helemaal aan jezelf.
Henk van Blijderveen


